Zielsontwikkeling van huisdieren?

Sessie nr 6 van 29 april 2018 – Origineel Nederlands.

Plaats Mezzaverde in België

Onderzoek gedaan en verhandeling opgesteld door Marius

Bezoeker : Jezus – Christus Michael – Schepper Zoon van Nebadon, ons plaatselijk universum.

Ontvangen door Wivine.

{Opmerking Marius: Aanleiding voor deze verhandeling is het plots moeten laten inslapen van ons huisdier (kat) waar we jarenlang een liefdevolle band mee gehad hebben. Soms heb je dat er in je leven met een dier een speciale band ontstaat, die niet altijd vanzelfsprekend is.

Een aantal zaken was ons al bekend m.b.t. de overlevingsstatus van dieren na hun overlijden uit het Urantia Boek : er blijft niets over. De discussie ontstond na onze gesprekken met andere mensen die hetzelfde hadden meegemaakt. We twijfelden en wilden met zekerheid weten of er werkelijk niets meer overbleef van een dier met wie men een wederzijdse liefdevolle band heeft gehad na zijn dood.}

Marius : het vermogen om te leren door ervaring wordt ondersteund door deze 7 assistent-bewustzijnsgeesten.

De Moeder Geest van Nebadon, ons plaatselijk universum, schenkt schepselbewustzijn aan de tijdelijke (mensen, dieren) en permanente (Middenwezens) bewoners van onze planeet en dat bestaat uit deze zeven assistent-bewustzijnsgeesten.

{Wivine: deze assistent-bewustzijnsgeesten beïnvloeden op verschillende manieren de bewustwording, de intelligentie alsmede de emotionele en intellectuele moraliteit van een schepsel. Ze bevinden zich buiten het fysieke lichaam. Ze verbinden zich individueel, de ene na de andere, met het fysieke brein volgens de ontwikkeling ervan na de geboorte. Het zijn geen personen.

Het zijn universele circuits van niet-geestelijke energie; ze behoren tot de categorie van onderwijsbare bewustzijnscircuits door ervaring die aan fysieke wezens worden geschonken. Ze zijn niet je fysieke brein of hersenen.

Dit in contrast met het mechanische bewustzijn-intellect dat niet onderwijsbaar is door ervaring en wordt toegewezen door de Meester Fysische Controleurs aan eencellige dieren of andere primitieve levensvormen.}

We kunnen hen onderscheiden en als volgt omschrijven:

  1. De Geest van intuïtie: Het gebied van reflexen en oriëntatie. Ook het basale zelfbehoud en overleven valt hieronder.

  2. De Geest van begrip: Het kunnen nemen van snelle beslissingen, het reageren op situaties.

  3. De Geest van moed: De grondslag voor de opbouw van karakter en doorzettingsvermogen. Het ontwikkelen van zelfbeheersing.

  4. De Geest van kennis: Nieuwsgierigheid, de drang om te onderzoeken.

  5. De Geest van overleg: De gave tot samenwerken. Binnen de soort van wilsschepselen de wil tot harmonisering. De basis tot het kudde instinct.

  6. De Geest van Godsverering: Religieuze inwerking. De wil tot geestelijke opklimming.

  7. De Geest van wijsheid: Het gebied van evolutionaire vooruitgang. Deze hoogste “assistent bewustzijnsgeest” coördineert tevens alle andere bewustzijnscircuits om tot de wil van zielsoverleving te komen na de dood. Wijsheid is ook het hoogste niveau van verstandelijke prestaties.

Dit verschil van inwerking kenmerkt het wezenlijke onderscheid tussen mens en dier. Het verschil tussen de capaciteit om God te kennen en zij die niet in staat zijn God te kunnen kennen. De vermogens van de mens gaan die van dieren ver te boven. Het is de mogelijkheid om morele beslissingen te nemen en religieuze ervaringen te hebben die de mens doen verschillen van het dier.

Een dier leeft in het nu. Het heeft geen ideeën of verwachtingen naar de toekomst, maar het verleden kennen ze wel want daar hebben ze uit ervaring van geleerd.

Een uitdrukking zegt niet voor niets: wanneer een kat eens op een hete kachel is gesprongen, zal deze ook nooit meer op een koude kachel springen! Deze ervaring uit het verleden leert het dier dat het springen op een kachel een pijnlijke ervaring is. De mens kan echter beredeneren en tot de conclusie komen dat het aanraken van een koude kachel geen gevaar voor pijn is.

Dieren zullen ook nooit de bedoeling van het leven kennen, een mens heeft de mogelijkheid om daar over te denken en voorts er conclusie uit te trekken. Hij staat open voor het tijdruimte concept. Anders gezegd; Een dier ervaart zijn omgeving, reageert instinctmatig hierop en kan op beperkte manier communiceren. Een mens, dus een schepsel met persoonlijkheid, kan daarnaast waarde geven aan gebeurtenissen en hieraan ideeën en inhoud koppelen. Dit leidt tot een bewustwording en zelfbewustzijn!

Het leven dat geschonken is aan planten en dieren bezit geen persoonlijkheid van goddelijke oorsprong.

De mens daarentegen ontvangt zijn persoonlijkheid van God en daarbovenop woont er in de mens een “kleine God”, een Fragment van God, iets wat het dier ook moet ontberen. Door de afwezigheid hiervan is een dier niet in staat zich een ziel te ontwikkelen om de overleving van zijn essentie te bereiken na zijn dood.

Het schepsel bewustzijn van dieren is in staat op materieel niveau zijn baasje te kennen. God daarentegen, die Zuiver Geest is, wordt door het dier niet ervaren.

Dieren hebben inderdaad een materieel brein waarop de eerste 5 assistent-bewustzijnsgeesten interageren, maar dit bewustzijn ontvangen van de Moeder-Geest verdwijnt in de kosmos na de dood, net als bij mensen. En omdat het dier geen goddelijke persoonlijkheid ontvangt, kan zijn essentie ook niet worden opgenomen door de Allerhoogste Godheid van de ervaring.

Dit alles betekent dat het dier niet kan overleven als individu na zijn dood.

Overleven na de dood betekent namelijk het zich ontwikkelen van een onsterfelijke ziel dankzij

Toch heeft mijn omgang met huisdieren die veel met de mens in contact komen iets aangetoond waar ik vragen bij heb. Ik ben daarover gaan mediteren en verder zoeken om antwoorden te krijgen. Daaruit zijn de volgende conclusies ontstaan.

Volgens mij, en dat ervaren ook alle mensen die huisdieren of paarden hebben, dat dieren wel een eigen wil en karakter hebben. Elke eigenaar van dieren weet dat geen enkel dier hetzelfde is, ook niet binnen de eigen soort, hoewel er op het eerste gezicht geen verschillen zijn te ontdekken.

Zoals de mens een unieke persoonlijkheid ontvangt van God, zo hebben dieren, laat ik het noemen, een “eigenheid” die voortkomt uit de evolutie van het dier. Deze unieke eigenheid zorgt ervoor dat een hechte en liefdevolle band kan ontstaan tussen mens en dier. Men zegt wel eens dat een dier onvoorwaardelijke liefde geeft.

Een individueel dier heeft geen ziel die zou kunnen overleven na de dood zoals de mens. Toch heeft een dier tijdens zijn bestaan verandering ervaren en daarmee energie-evolutie ondergaan. Deze energie zal na de dood overleven als een deel van de kosmische krachten van het universum. Zeker als er een speciale en liefdevolle band bestond tussen mens en dier. Deze liefdevolle band zal daarmee overleven als energie manifestatie en die ervaring gaat ook mee met uw ziel. Na de opstanding op de woningwerelden van de menselijke ziel kan de mens dit resonerende energiepatroon herkennen en weet hij: dit is mijn huisdier!

Jezus : Mijn kinderen jullie hebben nog zoveel te leren over de ontwikkeling van alle levensvormen naar het stadium van Licht en Leven.

Het is niet alleen de mens die zich geestelijk ontwikkelt naar dit stadium, maar alle vormen van leven op uw planeet.

Het is inderdaad zo dat de mens met zijn vrije wil zijn ziel kan verheffen tot het stadium van Goddelijke Volkomenheid of Perfectie. Dat is de reden van zijn schepping en zijn toekomstige bestemming.

De mens bereikt dat door Liefde te ervaren voor God en door onvoorwaardelijke, liefdevolle dienstbaarheid aan zijn medemens.

Liefde is een eigenschap van God. God is Liefde en de Liefde van God voor Zijn Schepping trachten te benaderen betekent Goddelijk worden.

Liefde is scheppend en transformerend.

Wat God voor de mens betekent, betekent de mens voor het dier.

Het dier kan inderdaad God niet rechtstreeks ervaren in zich zoals de mens dat kan. Daarvoor heeft het een tussenschakel nodig : de mens die liefheeft.

Dieren die een liefdevolle, affectieve relatie beleven met een mens ontvangen iets van de goddelijkheid van deze mens.

Er zijn intelligente huisdieren die menselijke gevoelens kunnen ontwikkelen dankzij de assistentie van hun bovenvermelde vijf eerste assistent bewustzijnscircuits. Zij hebben ook zintuigen die meer kunnen zien en horen dan de mens. Zij kunnen uw “kleine God” aanvoelen en de uitstraling van uw gemoed zien.

Als u een liefdevol mens bent die een innige band heeft ontwikkelt met zijn huisdier dan vervangt u God voor het dier. Het dier kan een vorm van “zelfbewustzijn” ontwikkelen waardoor het bewust een liefdesband en een verering kan ontwikkelen voor de mens, zoals de mens dat kan met God.

Het dier waarmee u een sterke wederzijdse liefdesband heeft ontwikkelt zal dan een “fractie” van uw persoonlijkheid ontvangen en uw “kleine God” zal via u op het dier inwerken, uw huisdier zal er de invloed van ondergaan.

Hierdoor zal het dier zich een embryo van een dierenziel kunnen ontwikkelen dat voldoende groot is om te blijven voortbestaan na de fysieke dood. Deze onontwikkelde dierenzieltjes kunnen verder evolueren op een plaats in de regio van de (morontia) Woningwerelden dankzij de goede zorgen van morontia zielen die deze taak op zich hebben genomen.

Op die manier zal de verlichte mens van de toekomst als God functioneren voor de dierenwereld.

Ik heb het hier eenvoudig uitgelegd met termen die jullie kennen.

Er zijn wel degelijk plannen voor de verdere vergeestelijking van de dieren- en plantenwereld onder de verantwoordelijkheid van de mens. De mens wordt daar nu in ondersteund door de morontia helpers van Nebadon op de Woningwerelden. Die ondersteuning zal er later komen op uw planeet als de bevolkingen van Urantia hun intrede zullen doen in de stadia van Licht en Leven of de Paradijselijke staat.

De uiteindelijke bestemming van deze dierenzielen en planten is niet het Paradijs. Daarvoor zouden ze eerst moeten evolueren tot de zielsstatus van de primitieve mens.

Om dit te verwezenlijken moet de mensheid als geheel geëvolueerd zijn tot de hoogste stadia van Licht en Leven.

Alles is liefde, schepping en geestelijke evolutie in de Zeven Superuniversa die ooit volledig beheerd zullen worden door de Allerhoogste Godin van de ervaring.

Dus ja, de wederzijdse liefde tussen mens en dier is scheppend en gaat niet verloren. Het helpt het dier geestelijk te evolueren en dit “zelfbewustzijn” dat het dier dankzij u heeft ontwikkelt vindt zijn plaats in Nebadon waar het door de eeuwen heen verder zal groeien volgens Mijn Plannen.

In die zin bestaan er hemelen voor de verschillende stadia van vermenselijkte dieren, zoals er hemelen bestaan voor de diverse stadia van vergoddelijkte mensen.

Niets gaat er verloren dat door Liefde werd geschapen.

Tot ziens, mijn kinderen. Doe zo voort en stel vragen waar iedereen kan van leren. Zoek alles uit en wij vinden wel een middel om u antwoorden te bezorgen voor zover wij u een begrijpbare uitleg kunnen geven. Anders is het: “nog even geduld”.

Einde.

GROEP MEZZAVERDE

http://www.mezzaverde.com

Voor de definities van de woorden in het blauw zie het Urantia Boek.